Ivo Daanen is sinds 2010 praktijkeigenaar bij Rembrandt Fysiotherapie en Revalidatie. De praktijk heeft meer dan dertig fysiotherapeuten in dienst, verspreid over zes locaties op de rand van de provincie Utrecht en Gelderland. Binnen de praktijk wordt iedereen betrokken bij de ontwikkeling van en het werken met de programma’s van Zorg1. Ivo: “We vinden het werken met de Zorg1 programma’s vooral leuk. Dat komt omdat we zelf kunnen kijken wat volgens ons de meest ideale zorg is voor de cliënt. Dat maakt dat we er erg enthousiast over zijn.”
Waarom hebben jullie gekozen om met de Zorg1 Programma’s te gaan werken?
“Voor een bepaald deel van de fysiotherapeutische zorg biedt deze manier van werken echt een uitkomst. Het kan de zorg toegankelijker en beter maken. Dat is de ontwikkeling waar we naartoe moeten. We zijn begonnen met de ontwikkeling van het Zorg1 Lage Rug Programma. Het grote voordeel van het programmawerken is dat je de zorg kunt gaan inrichten zoals jij denkt dat het de meest optimale zorg is voor de cliënt. Ik kan daar alles bij inzetten wat ik daarvoor nodig heb. Dat zijn we nu binnen onze praktijk aan het uitrollen.”
“Het is leuk om alles uit de kast te kunnen trekken voor de meest passende zorg”
Hoe zou u uw cliënt begeleiden als u alles uit de kast mag trekken?
“Iedereen die bij de ontwikkeling van de programma’s is betrokken laten we zo ruim mogelijk meedenken. We stellen aan elke collega de vraag: Hoe zou jij jouw cliënt begeleiden als je alles uit de kast mag trekken? En daarbij hoef je dan niet te letten op het vergoedingenmodel zoals we dat nu kennen, we kunnen heel breed denken en we zijn minder tijdsgebonden. Van daaruit kun je het programma inrichten en ga je ook kijken naar mogelijkheden die je misschien normaal gesproken vanuit de huidige declaratiestructuur niet zou inzetten. Dus een cliënt met een lage rugklacht kan op één dag een 1-op-1 sessie hebben en direct daarna in de groepsles aan de slag. Stel dat die groep gedraaid wordt door een sportinstructeur dan valt dit ook onder de behandeling en dat wordt dan ook bekostigd. Maar je kunt ook een videoconsult inzetten. Bij eenvoudige klachten zou je zelfs een volledig online traject kunnen bedenken. Dat soort variaties zijn allemaal mogelijk. Intern bespreken we al deze mogelijkheden, waarbij we ons zelf ook afvragen of dit bij het dna van onze praktijk past. Is dit de zorg die wij willen leveren? Het moet niet een te ver-van-ons-bed-show worden. Dat is fijn dat je dit nu vooraf allemaal met elkaar kunt bespreken.”
“Door er nu goed over na te denken wordt onze zorg straks geen ver-van-ons-bed-show”
Voordeel van Zorg1 t.o.v. andere aanbieders
“Dat is ook het voordeel van Zorg1 ten opzichte van andere partijen. Je moet wel aan een aantal eisen voldoen voordat je ermee kunt gaan werken, maar op basis van de laatste wetenschappelijke evidentie kun je het voor jezelf zo inrichten dat het zowel voor de cliënt als voor de fysiotherapeut en de praktijk als geheel het beste past. Dat iedereen zich er prettig bij voelt. Je zit dus niet in een keurslijf en dat maakt het heel leuk.”
Hoe bevalt het programmawerken tot nu toe?
“Wij zijn nog niet zover als andere praktijken die er al langer mee werken. Wij zitten nog in de ontwikkel- en implementatiefase. Wij moeten eerst nog een aantal stappen doorlopen. We zien ook best nog wel wat beren op de weg omdat het ook veel verandering vraagt. De indeling van je agenda wordt bijvoorbeeld anders en de manier van declareren. Daar gaan we straks nog tegenaan lopen. De fase waar we nu in zitten vinden we erg leuk, omdat we het gewoon leuk vinden om te kijken wat is volgens ons dan de meest ideale zorg. Dat maakt dat we er enthousiast over zijn.”
“Wij hebben het in onze praktijk zo georganiseerd dat er op elke locatie een soort voorloper is aangesteld, een fysiotherapeut die affiniteit heeft met lage rugklachten. Die moet het op zijn locatie verder uitrollen. Zodat elke fysiotherapeut die een lage rugpatient in de behandelkamer krijgt, ervoor zorgt dat die cliënt op deze manier wordt geïncludeerd. Het is eigenlijk een soort stuurgroep die het verder moet gaan uitrollen.”
“Je moet je therapeuten natuurlijk wel een beetje enthousiasmeren. Er was ook wat scepsis, zeker bij de optie van 24/7 bereikbaarheid. Moet iemand jou ‘s nachts kunnen bereiken? Nee, dat is niet hoe wij denken dat onze zorg ingericht moet worden. Wij zijn geen eerste hulp poli. Maar je kunt het wel inzetten bij bijvoorbeeld de huiswerkprogramma’s. Als een cliënt ‘s avonds om 23.00 uur zijn oefeningen doet en hij krijgt daar direct klachten van, dan kan hij op dat moment een appje of mailtje sturen en dan kan zijn fysiotherapeut dat direct de volgende ochtend oppakken.”
Wordt de praktijk goed begeleid door Zorg1 bij de implementatie in de praktijk?
“De begeleiding vanuit Zorg1 bevalt heel goed. We hebben een vast contactpersoon bij Zorg1 met wie we kunnen sparren. Er is een tijdlijn uitgezet waarin we hebben aangegeven wanneer we met een bepaald programma gaan draaien. Als we ergens tegenaan lopen kunnen we direct met onze vragen terecht bij Zorg1. En ze kijken goed over onze schouder mee over de invulling van het programma; dat werkt tot nu toe hartstikke goed. Zorg1 heeft nu ook een aparte app waarin je kunt deelnemen aan bepaalde sessies. Ik moet zeggen dat ik zeer te spreken ben over de feedback en ondersteuning. Dat is gewoon perfect.”
Denkt u dat het programmawerken de toekomst is?
“Ja, ik denk dat het een onderdeel is van de toekomst. Ik verwacht niet dat de hele zorg deze kant op gaat, maar ik denk wel dat het voor bepaalde aandoeningen heel goed kan werken. Zeker de programma’s voor lage rug, nek- en schouderklachten, copd en artrose. Dat zijn wel vijf items waarmee je wat kan. Maar ik denk dat voor een aantal klachten, zoals acute klachten, niet goed aantoonbare klachten dat het moeilijker is. De norm is niet dat je 100% van je acute lage rug patiënten in dat programma moet stoppen. Dat lukt ook soms gewoon niet. De cliënt moet zich er ook fijn bij voelen.”
“Wat ook nog de nodige uitleg vergt richting die cliënt is het systeem van vergoeding. De systemen zijn nog niet zo goed ingericht dat de zorgverzekeraars dat op de juiste manier bij de cliënt neerleggen. De cliënt ziet nu dat er in één keer 3 behandelingen worden gedeclareerd. Dat zijn wel dingen waar je rekening mee moet houden en wat je moet kunnen uitleggen als zorgaanbieder.”
Denkt u dat programmawerken geschikt is voor alle praktijken?
“Ja, ik ben geneigd om te zeggen van wel. Ik kan me wel voorstellen dat het voor kleinere praktijken iets moeilijker is om een multidisciplinaire benadering te hanteren. Als voorbeeld neem ik de cliënt die in een profiel 3 wordt ingedeeld. Dat is dus iemand die langdurig lage rugklachten heeft, waarbij ook andere factoren komen kijken. Dan is het fijn om bijvoorbeeld pijneducatie te krijgen. Dat wordt bij ons in de praktijk gedaan door een psychosomatisch fysiotherapeut. Dat is een voordeel dat we die in huis hebben. Maar ik kan me voorstellen dat als je een wat kleinere praktijk hebt dat het mogelijk wat minder makkelijk gaat. Maar dan kun je altijd nog overwegen om extern een behandelaar in te huren of te kiezen voor een ander module. Ik denk meer op de manier van zie je er heil in, dan moet je het doen en dan maakt het niet uit of je een praktijk bent met 4 of met 30 fysiotherapeuten.”
Beveelt u Zorg1 aan bij collega praktijkhouders?
“Zeker, als je de kans hebt om aan de hand van een goed bekostigingsmodel de zorg zo in te richten dat je niet meer vastzit aan die losse zittingen, dan zeg ik: Probeer het gewoon.
Als we niets proberen, komen we nooit verder. De begeleiding van Zorg1 is ronduit perfect en ik vind het fijn dat ik zelf invulling eraan kan geven. En nog belangrijker, dat we op termijn alle resultaten met elkaar kunnen gaan vergelijken. Dan kun je zien of jouw behandelprogramma goed werkt of dat je bij moet stellen. Daarmee breng je de fysiotherapie naar een hoger niveau.”